Paarden zijn kuddedieren. Sociaal contact met soortgenoten is erg belangrijk voor ze. Je zou misschien denken ‘hoe meer zielen, hoe meer vreugde’. Toch kan de introductie van een nieuw paard in een groep voor verstoring zorgen.
Als bij De Paardenkamp nieuwe paarden binnenkomen, gebeurt dat op een vaste dag. Het gaat eigenlijk altijd om meerdere paarden tegelijk. De nieuwelingen mogen even wennen in een eigen stuk weiland, zodat ze kunnen worden bestudeerd en aan de hand van hun conditie kan worden bepaald in welke groep ze het beste kunnen worden geplaatst. Er zijn namelijk verschillende leefgroepen, afhankelijk van hoeveel speciale zorg er nodig is.
De eerste keer dat de nieuwelingen in een vaste kudde van De Paardenkamp worden geplaatst, zorgen de verzorgers dat ze meteen allemaal in een grote, verse weide gaan, zodat er veel ruimte en vers gras voor ze is. Ze kunnen elkaar uit de weg gaan en het gras zorgt voor afleiding, waardoor de onrust tot een minimum wordt beperkt. De introductie verloopt eigenlijk altijd soepel, omdat de nieuwe paarden in de dagen ervoor al vriendjes hebben gemaakt en ze dus niet alleen tegenover kuddegenoten komen te staan. Wel worden vaak in de periode daarna nieuwe vriendschappen gesloten. Het gebeurt regelmatig dat er paarden binnenkomen, waarvan de eigenaar denkt dat ze een hecht stel zijn, maar die eenmaal in de grote kudde nauwelijks nog naar elkaar omkijken, omdat ze nieuwe vriendjes krijgen.
Zoek een vriendje
In de vrije natuur kunnen paarden zelf bepalen met wie ze een kudde vormen. In onze geciviliseerde samenleving bepalen wij dat. Dat gaat niet altijd goed. Het is voor paarden fijner om met soortgenoten samen te staan. Dat lukt beter als ze in hun jonge jaren zijn opgegroeid tussen paarden van verschillende leeftijden, zodat ze ‘paardentaal’ hebben geleerd en sociaal zijn opgevoed in kuddeverband.
Net als bij mensen hebben paarden vaak maatjes. Je kunt het uittesten door ze buiten te zetten met een omheining ertussen. Je merkt vanzelf wel of ze elkaar opzoeken of uit de weg gaan. Wil je één nieuw paard in een bestaande groep introduceren? Zoek daar dan eerst een paard uit waarmee je hem een paar dagen samen zet, zodat hij alvast één vriendje heeft. Zet dit tweetal dan enige tijd naast de kudde. Als je ze ertussen gaat zetten is het belangrijk dat ze voldoende ruimte hebben om weg te lopen.
Dynamiek in de kudde
Ook al is een paard binnen een groep duidelijk het laagste in rang, dat betekent niet dat hij zich daardoor ongelukkig voelt. Het heeft geen zin om te proberen in te grijpen door bijvoorbeeld de bazige paarden te straffen. Een kudde heeft een eigen dynamiek waarin ieder paard zijn plekje heeft. Het wordt wel tijd om in te grijpen als één van de paarden niet goed mee kan komen en door de anderen wordt verstoten. Gelukkig merken we dat de paarden bij De Paardenkamp voldoende ruimte krijgen om een maatje te vinden en komt het vrijwel nooit voor dat een paard helemaal geen aansluiting binnen een kudde vindt.
(Tekst: Tessa van Daalen, foto: Sjoerd-Jan van Breemen)