De laatste jaren is er veel ontwikkeling geweest in de manier waarop wormen in de ingewanden van een paard worden bestreden. Alle paardeneigenaren hebben daarmee te maken, maar het is wel duidelijk geworden dat er geen standaardmethode is om hier zo effectief mogelijk mee om te gaan.
Worminfecties bij oudere paarden
Vooral jonge, maar ook juist oudere paarden zijn gevoeliger voor worminfecties. Bij hen bestaat er een grotere kans op problemen veroorzaakt door een worminfectie met de zogenaamde maagdarmwormen. De wormen veroorzaken weefselschade in de darmen en/of de longen waardoor diarree, vermagering, hoesten en andere, soms ernstige, klachten kunnen optreden.
Er bestaan verschillende soorten wormen met verschillende symptomen en bestrijdingswijzen. Het is daarom heel belangrijk om onderzoek te doen naar het soort wormbesmetting. Besmetting vindt meestal plaats tijdens de beweiding. Wormeitjes en larven worden met het gras mee opgegeten. Na besmetting komen nieuwe eitjes ook weer met de ontlasting op het weiland terecht.
Preventie: weidebeheer optimaliseren
Besmetting met wormeieren voorkomen is natuurlijk de allerbeste bestrijding van worminfecties bij paarden. Dat zal nooit helemaal lukken, maar met een goed weidebeheer kun je een heel eind komen. Belangrijkste onderdeel daarvan is om ervoor te zorgen dat er zo optimaal en consequent mogelijk mest wordt geruimd. Als weilanden schoon zijn, krijgen wormen minder kans.
Op De Paardenkamp is het weidebeheer goed geregeld. Met maaien, bloten en opzuigen worden weilanden schoongemaakt voordat er paarden op komen. Ondanks deze professionele werkwijze zijn er ook op De Paardenkamp paarden met worminfecties. Met zoveel paarden is dat onvermijdelijk en daarom wordt er ook (selectief) ontwormd.
Mestonderzoek
De resistentie tegen anti-wormmiddelen is de laatste decennia toegenomen. Daarom doen dierenartsen tegenwoordig eerst mestonderzoek en wordt niet meer ieder paard standaard voor alle soorten wormen behandeld. Anti-wormmiddelen zijn alleen nog maar op recept van de dierenarts verkrijgbaar.
Het meest optimaal is een individuele benadering, dus per paard bepalen wat het beste is. En dat gedurende langere tijd optimaliseren. Daarmee hoef je dan in een kudde alleen de besmette paarden te behandelen. Aangezien ze op dezelfde wei lopen en hetzelfde “besmette” gras eten is de kans natuurlijk wel erg groot dat de hele kudde geïnfecteerd wordt. Op De Paardenkamp komen er voortdurend nieuwe paarden, de doorstroming van bewoners is groot en de kuddes zijn niet jarenlang hetzelfde. Daarom moeten de nieuwe bewoners voordat ze naar De Paardenkamp komen een mestonderzoek hebben gehad.
Mengmonster
Op De Paardenkamp wordt meestal een mengmonster genomen. Van drie paarden die net gemest hebben, gaat wat mest in een zakje en dat wordt naar de dierenarts gestuurd. De dierenarts telt wat er aan wormeitjes in de mest zit en als het boven een bepaalde waarde komt, is het nodig om te ontwormen. Afhankelijk van het soort wormen dat is gevonden, wordt bepaald welk middel het beste gebruikt kan worden. Dit resulteert in een specifiek ontwormingsadvies per keer. Daarnaast bekijkt de dierenarts ieder najaar of het nodig is om alle paarden op De Paardenkamp tegelijk te behandelen tegen wormsoorten die, doordat ze zich inkapselen, niet altijd in een mestmonster te vinden zijn. Dit is het geval bij bijvoorbeeld de rode bloedwormen. Ook de horzeleieren die in de maag als horzellarven schade aanrichten vind je niet in de mest.
(Tekst: Tessa van Daalen, foto: Anouschka Canters)