Paddock Paradise : Waanzinnig mooi!

De Paardenkamp heeft sinds een paar jaar een Paddock Paradise. “Waanzinnig mooi”, zegt beheerder IJsbrand Muller, die aangeeft hoe fijn dit voor het welzijn van de paarden is. Hij zou er nog wel eentje bij willen hebben.

 

Het Paddock Paradise van De Paardenkamp beslaat ruim vijf en een halve hectare. Het is een prachtig natuurgebied, met paden met verschillende ondergronden, een heuvel, beschutte gedeelten met boomsingels en een waterpoel. Om beweging te stimuleren zijn er zeven verschillende voerstations, waar de paarden onbeperkt ruwvoer krijgen aangeboden. Door dit te verspreiden wordt tevens voorkomen dat alleen de dominante paarden aan bod komen. Er wordt aan de drie belangrijkste welzijnseisen voor paarden (sociaal contact met soortgenoten, vrije beweging en onbeperkt ruwvoer) voorzien in de meest natuurlijke leefomgeving.

 

Ervaringen

Hoe zijn de ervaringen na een paar jaar? IJsbrand Muller is nog meer enthousiast dan in het begin. “Het idee was dat we er drie tot vier groepen in zouden samenvoegen van oktober tot mei. Dan kunnen ze in de zomer vitaminerijk gras eten in onze weilanden. Dat is namelijk belangrijk voor de gezondheid van oudere paarden. We wilden de groepen eerst aan elkaar laten wennen in de wei, voor ze samen in het Paddock Paradise gingen, zodat ze daar in de winter rustig zouden staan. Maar dat wennen blijkt helemaal niet nodig. Ze hebben daar zoveel ruimte en er zijn nergens hoeken waarin ze elkaar kunnen klemzetten, dus we voegen ze nu meteen samen.” Wat ook meeviel was het aantal paarden dat erin kon. Er verblijven tegenwoordig tot wel 45 bewoners in het Paddock Paradise. Ze verspreiden zich vanzelf in kleinere groepen, er is ruimte genoeg.

De voerstations zijn enigszins aangepast. “We hadden fijnmazige netten met gaatjes van 5 x 5 centimeter over het ruwvoer, om knoeien te voorkomen. Maar bij bestudering bleek dat de oudere paarden daar slechts kleine plukjes uit trokken, die fijnkauwden en dan pas aan de volgende hap begonnen. Op die manier duurde het te lang voor ze voldoende binnen kregen. We hebben er nu netten van 10 x 10 centimeter overheen, waardoor ze er grotere happen uit kunnen nemen. Dat werkt wel goed.”

 

Dikke paarden

De verzorgers van De Paardenkamp houden de conditie van hun bewoners goed in de gaten. In het Paddock Paradise wordt alleen ruwvoer bijgevoerd, geen krachtvoer. “We waren bezorgd dat de dikkere paarden, die gevoelig zijn voor hoefbevangenheid, teveel zouden eten als er onbeperkt ruwvoer ligt. Maar in de praktijk blijkt dat ze veel meer lopen door het systeem met de paden, waardoor ze niet te dik worden. De paarden die snel dik worden blijven in het voorjaar zelfs iets langer in het Paddock Paradise, tot het meest rijke voorjaarsgras in de weilanden op is. Voor deze paarden is het niet erg als ze na de zomerperiode iets dik zijn. Maar ze moeten niet te vet uit de winter komen, want dan krijg je problemen. In de vrije natuur horen ze ook in de winter iets in te teren op hun vetreserve.”

 

Oase van rust

IJsbrand Muller bekent dat hij aanvankelijk enige reserve had ten aanzien van het Paddock Paradise voor oudere paarden. “Ik was bang dat we niet goed genoeg in de gaten konden houden of ze wel genoeg voeding binnen kregen. Als je ze individueel in een stal zet, zie je in één oogopslag of de voerbak leeg is. Dit vergt een andere manier van kijken, waarbij je meer op het paard let. De knop moest daarvoor om bij ons. Maar ik moet toegeven dat het welzijn van de paarden er écht door is verbeterd. We hebben hier bij De Paardenkamp gelukkig geen oogkleppen op en verleggen onze grenzen als er verbetering in het leven van de paarden mogelijk is.” Hij geeft aan dat een vaste groep permanent bij elkaar, zonder dat er tussendoor paarden in of uit de groep gaan om bijvoorbeeld te berijden, bijdraagt aan het succes. “En wat ook scheelt is dat we geen krachtvoer geven. Dan krijg je toch meer interactie en voernijd. Bij ons is het een oase van rust.”

Bij De Paardenkamp staan in de wintermaanden de ‘dikkerdjes’ in twee grote groepsstallen, terwijl de paarden die extra zorg vereisen wel ’s nachts individueel op stal komen. “Ik zou voor die eerste groep nóg wel een Paddock Paradise willen”, lacht IJsbrand Muller. Wie weet, komt deze wens nog eens uit…

 

(Tekst: Tessa van Daalen & Foto: Nikki de Kerf)