Sidewinder Syndroom

Het Sidewinder Syndroom bestaat niet

 

Wel eens gehoord van het Sidewinder syndroom? Niet? Dat klopt, want het bestaat niet echt, zo legt Dr. Inge Wijnberg van de Universiteitskliniek Faculteit Diergeneeskunde Utrecht uit. De term, die af en toe opduikt als paarden ineens op een bepaalde rare zwalkende manier zijwaarts bewegen, is een ‘leken’ beschrijving van een manier van lopen. Maar er is geen sprake van één soort aandoening, dus ook niet van een syndroom.

 

Paarden die ergens last van hebben, zoeken de meest comfortabele manier om zich toch nog voort te kunnen bewegen. Het zijn immers vluchtdieren. Bij pijn of verlamming op een bepaalde plek, wordt dat elders in hun lichaam gecompenseerd. Door hun bouw komt het bij meerdere aandoeningen voor dat een paard zich ongecoördineerd zijwaarts beweegt, op een travers-achtige manier. Soms draaien ze rond in een kleine cirkel.

 

Patroon

Wie gaat zoeken op het internet komt de term ‘Sidewinder syndroom’ of ‘crabwalking’ tegen, die deze scheve manier van bewegen beschrijft. “Het is echter geen vaststaand ziektebeeld. Mensen denken er een patroon in te herkennen, maar er is onderzoek naar gedaan in Amerika, waaruit bleek dat het om zeer verschillende oorzaken ging. Het liep uiteen van spiernecrose, botbreuken, letsels aan ligamenten tot neurologische problemen. Het is ook niet gezegd dat het alleen is voorbehouden aan oudere paarden”, vertelt Inge Wijnberg, die specialist is op gebied van neuromusculaire aandoeningen.

 

Verschillende dingen

Ze onderzocht zelf ooit een aantal paarden met een vergelijkbare afwijkende manier van bewegen. “Eentje had een zoolzweer, dus die liep weer normaal toen dat over was. De anderen had spinale ataxie, waarbij de prikkelgeleiding van de zenuwen door een probleem aan de wervels is verstoord. Twee totaal verschillende dingen dus. Als ik een paard zo zie bewegen, denk ik als eerste aan spinale ataxie, dus een probleem in de wervelkolom. Of aan orthopedisch letsel. Of een combinatie van beide, dat kan ook nog. Belangrijker dan er een term op te plakken is dat je met zo’n paard naar een goede kliniek moet gaan, om uit te laten zoeken wat de oorzaak is. En omdat dat zo uiteenlopend kan zijn, is er ook geen prognose voor te geven. Misschien is het iets simpels, misschien is het blijvend. Voor er is uitgezocht wat de reden is waaróm je paard zo beweegt, is dat niet aan te geven.”

 

Rhinopneumonie

Gepco van Bokhorst was jarenlang de vaste dierenarts van De Paardenkamp en is tegenwoordig bestuursvoorzitter. Hij spreekt eveneens over een ‘moderne term’ die is opgedoken. “Als ik zo’n zwalkend paard zie, denk ik als eerste aan ataxie. Dat is overigens een symptoom, geen diagnose. Bij een orthopedisch probleem lopen ze misschien wel eens zijwaarts, maar hebben ze wel controle over hun ledematen, terwijl dat bij iets neurologisch soms niet het geval is.”

Hij heeft in zijn lange carrière verschillende paarden gezien met neurologische aandoeningen, die een ongecoördineerde manier van bewegen hadden. “Zo waren er paarden bij -niet bij de Paardenkamp- die door rhinopneumonie van ataxtisch tot volledig verlamd waren. Die zou je sidewinders kunnen noemen. In die gevallen wist je wat de oorzaak was. Dat is bij andere oorzaken soms lastig vast te stellen. De detectiemethoden bij een paard zijn beperkt.” Van Bokhorst herinnert zich ook de term ‘hammelschwanz’, die werd gebruikt als een paard een verlamde staart had. “Maar het werd eveneens wel eens zo genoemd als er meer verlammingsverschijnselen zichtbaar waren.”

 

Blindheid

Ook bij de Paardenkamp herinnert Van Bokhorst zich paarden die neurologische verschijnselen vertoonden die je ‘sidewinder’ zou kunnen noemen. “Maar daarbij ging het om herseninfarcten of PPID, waarbij de hypofyse zo groot is geworden dat het hersenklachten gaf, vaak in combinatie met afnemend gezichtsvermogen. Dat kan ook tot een onzeker bewegingspatroon leiden.”

 

Tekst: Tessa van Daalen
Foto: Anouschka Canters